. . . Slachtoffers ‘Die pleegouders moeten weten wat ze mijn kinderen hebben aangedaan’

ervaringsverhaal Ervaringsverhalen

Lees hier de ervaringsverhalen van slachtoffers.

info

‘Mijn pleegouders hebben mij mijn jeugd ontnomen’

Lees over de ervaring van Elisabeth (1952) in pleeggezinnen.

Lees Meer
info

‘Er was altijd een aanleiding om je te pakken te nemen’

Wim werd vanaf zijn 11e in verschillende internaten geplaatst.

Lees Meer
info

‘Die pleegouders moeten weten wat ze mijn kinderen hebben aangedaan’

Twee zoons van Tessa werden geplaatst bij pleegouders die hun handen niet thuis hielden.

Lees Meer
info

‘Ik zal hier niet aan kapot gaan’

Jos zat in de jaren 50 in twee kindertehuizen van dezelfde jeugdzorginstelling.

Lees Meer
info

‘Ik wil later graag zelf in de zorg gaan werken’

Milan (19) kwam in de jeugdzorg terecht toen hij veertien jaar was.

Lees Meer
info

‘Kijk naar wat je geleerd hebt van je ervaringen in de jeugdzorg. Jouw ervaring is een kracht.’

Serko (38) werd in de pleegzorg misbruikt en mishandeld.

Lees Meer
info

‘Ik werk vanuit écht contact met jongeren. Vanuit het hart en vanuit gelijkwaardigheid.’

Mireille helpt slachtoffers en hulpverleners.

Lees Meer

‘Die pleegouders moeten weten wat ze mijn kinderen hebben aangedaan’

Het verhaal van Tessa

Dit is een ervaringsverhaal uit het Rapport Commissie Vooronderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg

Als kinderen met spoed uit huis geplaatst worden, komen ze niet altijd in het meest geschikte pleeggezin of instelling terecht. Twee zoons van Tessa werden geplaatst bij pleegouders die hun handen niet thuis hielden en hen ook op andere manieren mishandelden. Hun moeder besloot namens haar zoons te vertellen wat er mis ging.

In 2007 werd het Tessa allemaal te veel. Ze was 30 en moest het in haar eentje zien te redden met vijf kinderen. De vader van de jongste twee zat in detentie, de vader van de andere kinderen was het land uitgezet. Alle kinderen hebben een psychiatrische diagnose: de oudste dochter ODD (oppositioneel opstandige gedragsstoornis), de oudste zoon ADHD, de tweede zoon ADD (aandachtstekortstoornis), de derde een reactieve hechtingsstoornis en angsstoornis en de jongste PDD NOS (pervasieve ontwikkelingsstoornis). Tessa zelf kampte met een jeugdtrauma en een cannabisverslaving. Ze wilde geen hulp, liet niemand dichtbij komen. ‘Ik was er wel, maar ook weer niet.’ Alleen door de dag te beginnen met een joint kon ze haar stemming zo temperen dat ze de drukte van vijf moeilijke kinderen enigszins aan kon. ‘Maar dat ging eigenlijk alleen één op één en in overzichtelijke situaties’, zegt ze nu terugkijkend op die tijd.

Omdat de oudste dochter aangehouden werd na verschillende winkeldiefstallen – ze leed aan kleptomanie – deed het AMK onderzoek. Het resultaat was dat vier van de vijf kinderen in november 2007 met spoed uit huis werden geplaatst. De twee jongsten – Jason (7) en Timo (3) – zouden drie maanden naar een pleeggezin gaan, de twee oudsten – Carsten en Eva – voor een langere periode. De jongste zoon, toen negen maanden oud, mocht thuisblijven op voorwaarde dat Tessa hulp bij de opvoeding zou accepteren. ‘Jeugdzorg zou controleren of ik wel goed voor hem kan zorgen.’

Verlengde uithuisplaatsing

Jason en Timo werden ondergebracht in een gezin in een dorpje niet ver van hun moeders woonplaats. De pleegouders hadden vier eigen kinderen – twee oudere zonen, een zoon van Jasons leeftijd en een jongere dochter – en bestierden een boerenbedrijf. Tessa was aanvankelijk blij met die keuze. ‘Het was een christelijk gezin, dat sloot aan bij mijn achtergrond.’

De eerste tijd kreeg Tessa haar kinderen weinig te zien. ‘Jeugdzorg was zo tegen mij, ze namen me niet serieus. Ik moest er echt voor vechten om ze vaker dan een keer per maand te zien. De eerste tijd was dat bij bureau jeugdzorg, dat ging niet altijd even makkelijk. Mijn kinderen zijn druk en alles moet gestructureerd zijn, anders loopt het snel uit de hand. Jason en Timo zag ik voor het eerst twee weken na de uithuisplaatsing. Die was met veel drama gepaard gegaan en is voor mij nogal traumatisch verlopen. Ik kon niet eten en was een en al spanning. In zo’n toestand ging ik in het begin naar die bezoekjes. Ik kon ze om de twee weken een uurtje zien. Van de voogd mocht ik niet zeggen dat ik mijn kinderen miste en ik mocht niet te veel emoties laten zien. Dat kun je toch van een moeder niet vragen?’

Het contact met de pleegouders was tijdens het halen en brengen van de kinderen minimaal. ‘Ik stond ook onder stress om te laten zien dat ik het aankon’, zegt Tessa nu. ‘De voogd was daar ook bij, het was niet de gelegenheid om eens rustig met de pleegouders te praten; meestal was het een kwestie van vijf minuten waarin ik vooral de kinderen aandacht wilde geven.’ 

Na drie maanden vonden jeugdzorg en de kinderrechter dat het beter was om de uithuisplaatsing te verlengen. Omdat het boerengezin pleegzorg voor spoedgevallen bood, zouden Jason en Timo eigenlijk naar een ander pleeggezin moeten. Dat was er niet, dus bleven ze waar ze zaten. Uiteindelijk zou Jason anderhalf jaar daar blijven en Timo twee jaar. Timo werd overdag in een medisch kleuterdagverblijf geplaatst. Hij had last van mutisme, het onvermogen of de onwil om in bepaalde sociale situaties te praten.

Opgesloten in koeienstal

Als Tessa haar zoontjes vroeg hoe ze het vonden in het pleeggezin, kreeg ze niet veel te horen. Timo was door zijn stoornis weinig spraakzaam, maar ook Jason vertelde niet veel. Hij zat op voetbal, dat vond hij wel leuk en school ging goed. Daar was het zoontje van de pleegouders wel eens jaloers op. Toen Timo een keer bont en blauw zag, maakte Tessa zich ongerust. Volgens de pleegvader was hij van een lastige, steile trap gevallen. De voogd geloofde dat verhaal, Tessa had argwaan. Die werd groter toen Jason later een keer thuiskwam en onder zijn hoofdhaar verschillende wondjes bleek te hebben, een soort sneetjes. Hij kon er geen goede verklaring voor geven. Ook bij Timo zag ze zulke littekens.

Na anderhalf jaar was Tessa’s dochter Eva een keer bij haar broers op de boerderij en ze zag hoe de kinderen van de pleegouders elkaar sloegen. Dat vertelde ze aan de voogd. Die ging toen sneller zoeken naar een nieuw adres voor Jason en Timo. Jason werd overgeplaatst naar een ander pleeggezin. Timo stond al op een wachtlijst voor een medisch kindertehuis, omdat zijn gedrag voor een regulier pleeggezin te problematisch was. Hij kon daar eindelijk terecht en bleef nog een half jaar bij zijn pleegouders. Tessa, die met de voogd van toen geen goede verstandhouding had, voelde zich buitenspel gezet. Ze mocht voor haar zoons geen kleren kopen – ‘terwijl ze van de pleegouders in veel te grote kleren moesten rondlopen’ – en met haar wensen over bezoektijden werd nauwelijks rekening gehouden. 

Dat er wel degelijk wat aan de hand was, bleek een half jaar later. Jason voelde zich bij zijn nieuwe pleegouders inmiddels zo veilig en op zijn gemak dat hij ging vertellen hoe het er op de boerderij was toegegaan. Hij en Timo werden regelmatig in de koeienstal opgesloten en Timo werd in de schuur vastgezet in een tuigje. De pleegvader probeerde hen discipline bij te brengen door De jongens in het weiland te zetten en te bespuiten met koud water. De pleegouders gingen hardhandig met hen om. Ze kregen meerdere malen klappen en schoppen. Timo kreeg een keer een kom met beslag over zijn hoofd uitgegoten. Toen Tessa Timo voorzichtig vertelde wat Jason zoal gezegd had, ging ook hij praten. Tessa: ‘Jason en Timo waren doodsbang voor hun pleegvader. Achteraf gezien had jeugdzorg hen nooit in dat gezin moeten plaatsen, zeker niet na de eerste drie maanden.

Later kwam er nog een vermoeden van seksueel misbruik bij. In het medisch kindertehuis waar hij verbleef begon Timo obsessief seksueel gedrag te vertonen. Dat was mogelijk terug te voeren op ervaringen in het pleeggezin, maar volgens de pleegouders was daar geen sprake van. Nadat Jason verteld had wat er allemaal voorgevallen was, is hij met een nieuwe voogd naar het politiebureau gegaan om aangifte te doen. Omdat de bewijsvoering erg lastig zou zijn, is afgezien van vervolging. Tessa: ‘Dat er geen vervolging heeft plaatsgevonden, geeft wel een gevoel van machteloosheid. De pleegouders zijn zelfs niet opgeroepen. Een gepland verhoor van Timo door een specialist is niet meer doorgegaan. Ik heb er later niets meer over teruggehoord. Die pleegouders zouden moeten weten wat ze de kinderen hebben aangedaan. Het zou kunnen dat ze met Jason en Timo geen raad wisten, maar dat hadden ze dan moeten melden. Zeker voor Timo had jeugdzorg pleegouders moeten kiezen die gespecialiseerd zijn in zulke kinderen. Nu hebben ze twee jaar lang kunnen aanmodderen.’ Na de zaak rond Jason en Timo heeft jeugdzorg wel besloten geen kinderen meer bij deze pleegouders te plaatsen.

Leven weer op de rails

Jason is in het pleeggezin gebleven waar hij naartoe ging na het verblijf op de boerderij. Tessa: ‘Hij is zich enorm gaan hechten aan zijn pleegouders die heel goed voor hem zorgen. Hij doet het goed op school. Over toen praat hij nooit meer en ik wil hem daar ook niet meer over lastigvallen. Hij moet verder en hij kan dat ook, omdat hij zo positief in het leven staat.’ 

Timo zit in een groep in een gesloten jeugdzorginrichting en slaapt om de week het weekend thuis. ‘Het is een ernstige beschadigde jongen’, aldus Tessa, ‘zonder medicatie is hij onhandelbaar. Hij was al getraumatiseerd en moeilijk en dat is er door het verblijf in dat pleeggezin niet beter op geworden. Integendeel.’

In de periode dat de jongens in het pleeggezin zaten en Tessa alleen haar jongste zoontje thuis had, heeft ze het niet makkelijk gehad. ‘Ik was bang dat ze hem ook uit huis zouden halen. Ik moest me voortdurend bewijzen. Jeugdzorg lette toen niet op wat er hier thuis goed ging, er was alleen aandacht voor negatieve zaken en die werden vastgelegd. Er was geen goede communicatie. Jeugdzorg was in die jaren meer gericht op kinderen uit huis plaatsen.’ 

Tessa heeft haar leven weer op de rails. ‘Ik heb aan mijn verslaving gewerkt en ik heb ook veel aan de kerk gehad. Ik heb een baantje en ik kom alle afspraken na.’ De ondertoezichtstelling van haar jongste zoon is opgeheven. Die vond de kinderrechter niet langer noodzakelijk.

Dit ervaringsverhaal is opgetekend door Maurice van Lieshout en is één van de opgetekende verhalen die als bijlage opgenomen zijn in het vooronderzoek Geweld in de Jeugdzorg. De uitkomst van het vooronderzoek was dat het zinvol en haalbaar was om onderzoek te doen. Dat heeft geleid tot het onderzoek en rapport ‘Onvoldoende Beschermd‘.

We zijn er voor je

Onze Info- en advieslijn (0800-1238) is bereikbaar op maandag t/m vrijdag tussen 09.00 en 17.00. Liever chatten of een e-mail sturen? Ook dat kan. Bellen, chatten en mailen is gratis. Je kunt met ons in contact komen voor:

  • Een luisterend oor
  • Ondersteuning bij het zoeken naar hulp
  • Beantwoorden van praktische vragen

Ook na het stoppen van de financiële tegemoetkoming zijn we nog beschikbaar voor vragen en hulp. De Info- en advieslijn is tot 1 juli 2024 geopend.

Al onze gesprekken zijn vertrouwelijk

Scroll naar boven